Duits woordenlijst 1-75 (1.2)
aber,maar
abermals,weer
ähneln / ähnlich sehen,lijken op
ähnlich,soortgelijk
allerdings,echter, evenwel
also,dus
ansonsten / sonst,anders, verder
außerdem,bovendien
bedingt,beperkt
bedingunglos,onvoorwaardelijk
bezwecken,willen bereiken
bezwecken,willen bereiken
bisher,tot nu toe
bislang,tot nu toe
dagegen,daarentegen
daher,vandaar
damalig,van toen
damals,destijds, toen
damit,opdat, zodat
darüber hinaus,bovendien
das Beispiel,het voorbeeld
das heißt,dat wil zeggen
dementsprechend,daarmee overeenkomend
demnach,volgens (deze bron)
demnächst,binnenkort
demzufolge,daarom
denn,want
dennoch,desalniettemin
der Absatz,de alinea
der Satz,de zin
der Schluss,de conclusie
der Verfasser,de schrijver
der Zweck,het doel
deshalb,daarom
deswegen,daarom
die Aussage,de uitspraak
die Bedingung,de beding, de voorwaarde, de omstandigheden
die Bestätigung,de bevestiging
die Einräumung,de toegeving
die Ergänzung,de aanvulling
die Erläuterung,de toelichting
die Lücke,het gat
die Schlussfolgerung,de conclusie
die Tatsache,het feit
die Zeile,de regel
ebenfalls,eveneens
ehe,voordat
einerseits ... andererseits,enerzijds ... anderzijds
endgültig,definitief
entsprechen,overeenkomen met
entweder ... oder,of ... of
erst,pas
es sei denn,tenzij
etwa,ongeveer, bijvoorbeeld
falls,als
fast,bijna
freilich,echter, echtwel
gerade,juist, net
heißen,betekenen
hingegen,daarentegen
immerhin,toch, tenminste ,in elk geval
indem,doordat ja,immers
je ... desto,hoe ... hoe
je ... umso,hoe ... hoe
jedoch,echter
kaum,nauwelijks, amper
kurzfristig,op korte termijn
langfristig,op lange termijn
mittlerweile,intussen
nach wie vor,nog steeds
nahezu,bijna nur,maar
obendrein,bovendien
obgleich,hoewel, ofschoon
obwohl,hoewel
ohnehin,sowieso, toch al
seitdem,sindsdien
sogar,zelfs
sondern,maar (integendeel)
stattdessen,in plaats daarvan
tatsächlich,inderdaad
trotzdem,desondanks
überdies,bovendien
überhaupt,eigenlijk, helemaal, over het algemeen
unbedingt,beslist
und zwar,en wel vor,geleden
während,terwijl
weder ... noch,niet ... en ook niet
weil,omdat
zum einen ... zum anderen,eendeels ... anderdeels / enerzijds ... anderzijds
zumal,vooral omdat
zunächst,allereerst
zusätzlich,extra
zwar,weliswaar
Duits woordenlijst 1-75 (1.2)
aber,maar
abermals,weer
ähneln / ähnlich sehen,lijken op
ähnlich,soortgelijk
allerdings,echter, evenwel
also,dus
ansonsten / sonst,anders, verder
außerdem,bovendien
bedingt,beperkt
bedingunglos,onvoorwaardelijk
bezwecken,willen bereiken
bezwecken,willen bereiken
bisher,tot nu toe
bislang,tot nu toe
dagegen,daarentegen
daher,vandaar
damalig,van toen
damals,destijds, toen
damit,opdat, zodat
darüber hinaus,bovendien
das Beispiel,het voorbeeld
das heißt,dat wil zeggen
dementsprechend,daarmee overeenkomend
demnach,volgens (deze bron)
demnächst,binnenkort
demzufolge,daarom
denn,want
dennoch,desalniettemin
der Absatz,de alinea
der Satz,de zin
der Schluss,de conclusie
der Verfasser,de schrijver
der Zweck,het doel
deshalb,daarom
deswegen,daarom
die Aussage,de uitspraak
die Bedingung,de beding, de voorwaarde, de omstandigheden
die Bestätigung,de bevestiging
die Einräumung,de toegeving
die Ergänzung,de aanvulling
die Erläuterung,de toelichting
die Lücke,het gat
die Schlussfolgerung,de conclusie
die Tatsache,het feit
die Zeile,de regel
ebenfalls,eveneens
ehe,voordat
einerseits ... andererseits,enerzijds ... anderzijds
endgültig,definitief
entsprechen,overeenkomen met
entweder ... oder,of ... of
erst,pas
es sei denn,tenzij
etwa,ongeveer, bijvoorbeeld
falls,als
fast,bijna
freilich,echter, echtwel
gerade,juist, net
heißen,betekenen
hingegen,daarentegen
immerhin,toch, tenminste ,in elk geval
indem,doordat ja,immers
je ... desto,hoe ... hoe
je ... umso,hoe ... hoe
jedoch,echter
kaum,nauwelijks, amper
kurzfristig,op korte termijn
langfristig,op lange termijn
mittlerweile,intussen
nach wie vor,nog steeds
nahezu,bijna nur,maar
obendrein,bovendien
obgleich,hoewel, ofschoon
obwohl,hoewel
ohnehin,sowieso, toch al
seitdem,sindsdien
sogar,zelfs
sondern,maar (integendeel)
stattdessen,in plaats daarvan
tatsächlich,inderdaad
trotzdem,desondanks
überdies,bovendien
überhaupt,eigenlijk, helemaal, over het algemeen
unbedingt,beslist
und zwar,en wel vor,geleden
während,terwijl
weder ... noch,niet ... en ook niet
weil,omdat
zum einen ... zum anderen,eendeels ... anderdeels / enerzijds ... anderzijds
zumal,vooral omdat
zunächst,allereerst
zusätzlich,extra
zwar,weliswaar